dinsdag, november 14, 2006

Gemiste kansen & ouwe koeien VII

Het is dik herfst en dus tijd om de open haardvuren weer aan te maken. Tenminste, als je een open haard hebt. Sjaak en de VdH hebben er geen, staat nog op het lijstje/specs voor het volgende (droom)huis, maar zijn beiden dol op de geur en sfeer die haardvuren oproepen. Voor Sjaak gaan bij de geur van haardvuur zijn gedachten vrijwel meteen terug naar een herfstvakantie eind jaren '70, die hij met het toenmalige gezin doorbracht in het Gaasterland. We zaten in Oudemirdum, in bungalowpark het Fonteinbos, er werd een nieuwe paus gekozen, nadat JP I was vermoord (Sjaak gelooft in complottheorieën, en in de versie van The Godfather III), we hadden nog geen auto en het was dus 1978. Doesbrand en Sjaak crossten heel wat door de bossen en we fietsen in dichte mist naar Sneek. Het zal de laatste keer geweest zijn dat Sjaak daarbij door zijn vader werd geduwd. Fietsen deden we veel, zonder auto was dat ons enige direct beschikbare vervoermiddel.

Op een van die tochten kwamen we in Rijs langs een herberg, De Vier Heemskinderen genaamd. Op dit soort vakanties, die mijn ouders -ondanks de niet al te riant beschikbare middelen thuis- hoge prioriteit gaven, gingen we de laatste avond steevast uit eten. Dat uit eten was krap dertig jaar geleden anders. Nu eet je dochter van 10 zalm van de kaart, toen was de Chinees Kam Sang in Hillegersberg al een fors avontuur. Tijdens een korte pauze bij de herberg keken we van buiten naar binnen. Een leuk restaurant, dat nog gesloten was. Iets om te gaan eten? Die avond togen moeders en het drietal kroost van toen 16, 14 en 12 jaar naar het restaurant. En daar: die geur. Er brandde een knapperend haardvuur. Warm, uitnodigend, vertrouwd, het gevoel van thuiskomst, troost, overgave en geborgenheid. En een bruine, herbergachtige sfeer. Los, maar wel stijlvol. Hier wilden we zijn, hier moest het gebeuren, het slotetentje zou hier zijn. Moeders maakte een praatje met de waard, een baardige man. Die liet de kaart zien. Een hoofdgerecht kostte om en nabij de ƒ 17,50. En er stond lamsbout op het menu: dat leek wel iets van een andere planeet. Een astronomisch bedrag overigens voor Sjaak, die behoorlijk op de penning was en al snel rekende dat de meter behoorlijk zou gaan oplopen. Het was voor moeders ook even slikken en bij de terugkoppeling bij mijn vader werden de verwachte kosten van het feestmaal een behoorlijk gespreksissue. Sjaak schaarde zich intuïtief achter de terughoudendheid van vaders, maar wilde diep in zijn hart wél naar die geur terug. Díe was onbetaalbaar. Moeders wilde het uit eigen zak betalen, gesteund door Doesbrand en mijn zus, die in die tijd al een uitbundiger uitgavenpatroon dan spaarder Sjaak hadden. Uiteindelijk sneuvelde het plan, aten we in een hotel in Oudemirdum en hadden we toch een genoeglijke avond. Wel nam Sjaak zich voor ooit naar die geur terug te gaan.

Halverwege de jaren '90 gingen Sjaak en zijn (inmiddels ex-)partner twee dagen door het Gaasterland wandelen. Een NS-tocht, die begon in Balk en eindigde in Stavoren. De eerste dag eindigde in Rijs. Sjaak was in die dik 15 jaar later het hele voorval vergeten. Bij de passage langs de Vier Heemskinderen ging er een laadje open. Die geur! Vandaag zou het er dan van komen. We besloten eerst naar het hotel te gaan, dat een kilometer of wat verderop lag. We zouden dan daarna wel terugkeren, al was de menu- en prijskaart met zijn tijd meegegaan. In het hotel aangekomen vroeg men of we mee wilden eten. Overmand door een plotse vorm van luiheid zeiden we in een zucht: 'ja'. Niks meer de moeie voeten in de harde en hoge schoenen en in dat restaurant in sleetse kleding aanschuiven. Gewoon op makkelijk. Kamer uit, eetzaal in, eten wat de pot daar schaft. We zouden nog wel een keer naar de haardgeur teruggaan. De rest spreekt voor zich en is geschiedenis. Nimmer snoof Sjaak die haardgeur natuurlijk meer op.

Alle goede dingen komen in drieën. De herberg zal vier eigenaren verder zijn. De lamsbout zal niet meer op het menu staan. De herberg zal wellicht tegenvallen. Het eten saai en de bediening knorrig en stug. De voorgerechten alleen al zullen 17 euro kosten en wie weet is de haard nu gasgestookt. Je kunt er in 'cowboy'style eten met groepen, hetgeen het ergste doet vrezen inmiddels. Wie niet waagt, wie niet wint. De VdH houdt van wandelen, Friesland in het algemeen, zal het Gaasterland in het bijzonder, kunnen waarderen en mag graag lekker eten. Is dát een aanzoek!!

1 opmerking:

Elsje zei

Ja, ik wil