donderdag, mei 19, 2005

Gemiste kansen & ouwe koeien II


Eén van de hoogtepunten van mijn studie Sociale Geografie was de Alpenexcursie in 1986. Een tiental dagen naar Oostenrijk en Italië en daar veel aan geografie gedaan (whatever that may be). Er gingen twee docenten mee: Pim Beukenkamp voor de fysisch geografische inbreng en Otto Verkoren (foto) voor de sociaal-geografische aspecten. Pim´s rol was zonder meer duidelijk en ik dank mijn kennis over puinwaaiers, karesporen, het verschil tussen v-vormige rivierdalen en U-vormige gletsjerdalen, zaken waar ik bij Vrienden & Bekenden nog steeds indruk mee maak, aan hem. Otto was doorgaans bezig met de Ontwikkelingslanden. Had een linksig imago, een onorthodoxe, cynisch-barokke stijl van college geven en bij delen van mijn studiegenote ´dus´OK. Gaandeweg de excursie bleken de beide mannen eigenlijk vooral mopperkonten. Bij een aantal studenten vonden ze bij de avondmaaltijden en de nasleep een willig oor -zij het dat de interesse steeds meer afnam. Klagen over de faculteit, het regeringsbeleid aangaande het Wetenschappelijk Onderwijs , de studenten, collega´s etc. etc. Otto, die toen ongeveer twee keer de omtrek had van wat zijn foto nu suggereert, had daarbij het hoogste woord. Hoorde zichzelf graag praten over hoe de wereld in elkaar stak. Een proefschrift schrijf je niet in 2 maanden maar moet 10 jaar ´rijpen´. Resultaatgericht onderzoek staat de ontwikkeling van de wetenschap in de weg. Dat werk dus. Alsof Geografie überhaupt een stevig eigen wetenschappelijk kader heeft. Maar dat terzijde.

De excursie was ook gezellig. Ga met een groep van 50 mensen rond de 23 jaar op stap en er wordt (ook) gezongen, gedronken en melig gedaan (voor de kenners:´toch stiekem Van Basten´). Niet elke dagelijkse wandeling door de Alpen werd een brave natuurbeleving, maar af en toe ging het er gewoon om wie het eerste boven was. Otto was het allemaal een doorn in zijn geknepen oog. Zijn overgewicht maakte het nog zwaarder voor hem en de erbarmelijke conditie noopte hem tot pauzes die als ´waarnemingmomenten´werden geduid. Otto´s wraak op het jeugdig enthousiasme kwam in ons faculteitsblad, de Questa. We werden genadeloos neergesabeld als een soort Engelse standhooligans, die vakantievierend, lallend en feestend de studiepunten bijeensprokkelden. Otto had de lachers op de hand. Het stukje was vakkundig en met cynische humor geschreven, dat dient erbij gezegd te worden.

Wat zit Sjaak dwars? Dat hij toen dat stuk niet gecounterd heeft. Je kunt wel zo´n scorend stuk schrijven, maar tegelijk ben je wel een gefrustreerde oncollegiale persoon, die tegen de verkeerde mensen zijn gal spuwt. Als het niet bevalt op zo´n Faculteit, wees een vent, ga da weg, schiet je kruit dan met open vizier naar je collega´s in dat medium wat je wél gebruikt voor die studenten. Sjaak heeft de mogelijkeheid om op dit blog alsnog de andere kant te tonen, waarvan acte. En bijna twintig jaar later kom je al Googlend erachter dat hij een parodie op zichzelf is gebleken. Nog steeds geeft Otto colleges met zijn aloude vriend Paul van Lindert aan dezelfde vakantiegangers, die nu iets meer voor hun ontspanning moeten betalen. Wellicht helpt het dat hij professor is geworden, maar ook hij zal nog steeds tegen de door hem verfoeide Derde Geldstroom in moeten roeien. Geen Wereldbank, UNESCO of een zware adviesfunctie die hij na een puike wetenschappelijke carrière in de wacht heeft gesleept. Waarschijnlijk leidt hij nog steeds het docentencabaret en haalt hij zijn pensioen daarmee. Kan ie ritueel klagen over brallende, vakantievierdende studenten die een berg oprennen. Twintig jaar verwekingsproces en drie minuten Google later maakt dat beeld voor mij eigenlijk het counteren alsnog overbodig.

Geen opmerkingen: